COLUMN

- Marleen
- 30 maart 2020
- Column
- 2 minuten lezen
Ze waren ziek.
Alle 3.
Gelijk in thuis-blijf-week nummer 1.
De oudste begon met hoesten.
Echt een nare hoest.
Koortsvlagen erbij.
De tweede begon 2 dagen later.
Opnieuw zo’n klinkende hoest. En koorts.
Nou, ja ik had sterke vermoedens van koorts.
Hoog rode wangen.
Hitte dat uit haar lijfje sloeg.
Ik heb het niet gemeten.
Die dichtgeknepen billen lieten echt geen meter toe.
De buren maar geappt; ‘komende dagen is onze tuin anti-speelterrein voor jullie kinderen’.
Kind nummer 3 begon een dag erna.
Eindeloos gesnotter. Gehoest. En ook weer die koorts.
Een ‘wie-mag-er-bij-mama-op-schoot-rooster’ kwam er aan te pas.
Nu zijn ze weer fitter.
En gaat de dagelijkse gang van zaken weer van start.
Alhoewel, de dagelijkse gang. Die moest ik zoeken.
Maar nu hebben we een ritme.
Voor de eigenlijke schooldagen.
Rond negen uur roep ik: ‘de school begint’.
En drie enthousiaste (echt waar!) kinderen rennen naar de bank.
Daar zitten ze dicht tegen elkaar aangedrukt.
Ik zit er voor op een tafeltje (omdat ik zo klaar was met dat ‘schootrooster’, vandaar)
We starten met een bijbelverhaal.
We zingen.
We oefenen een rijmpje of een liedje.
De oudste zegt dat ze elk verhaal al kent.
De tweede gaat na 3 minuten met haar duim in haar mond half onderuit liggen.
De jongste buitelt er over heen.
Volgens mijn man is mijn manier van onderwijs te saai.
Tja.
Daarna knutselen.
Een heel verrassend thema.
Lente.
Maar genoeg over te doen.
Het gaat steeds anders dan ik denk.
De oudste verpest elk leuk werkje door er 10 keer haar naam op te schrijven. Of door op een mooi gevouwen bloemenvaas een poppetje met een snor te tekenen.
Omdat ze dit zelf grappig vindt.
En het is van haar.
Dus zij mag bepalen. Zegt ze.
Ik vind iets anders.
Maar ja. Ik zeg de hele dag al zoveel van wat ik vind.
Daarna is het tijd voor eten en drinken.
En dan om half elf… hoera. Naar buiten.
En dan komen de buurkinderen ineens allemaal naar buiten.
En dan spelen ze daar. Eindeloos. Ja, echt waar. Dan spelen ze zo tot vijf uur buiten.
In het lentezonnetje.
En soms is er ruzie. Maar meestal heel veel spelen.
Daar worden zij zo blij van.
En ik nog het allermeest.
Ik ga ook veel wandelen deze dagen. Mijn beste tip. Voor jou. Voor nu.
Soms ook gewoon midden op de dag.
Dan blijft de papa een uur beneden.
En dan schop ik mijn benen heerlijk onder mijn lijf vandaan.
Loop ik kilometers door de weilanden.
Zon op mijn gezicht
Even terugtrekken in mijn eigen hoofd en hart.
Zo gaat het nu.
Morgen kan zo weer anders zijn.